Let op!

De Vinkeveense plassen zijn mooi maar hebben vanwege de grote diepte van met name de Noordplas soms een verraderlijk karakter. Bij windkracht 4 of meer kan een zeer onberekenbare golfslag ontstaan die het voor kano’s en fluisterboten zeer gevaarlijk kan maken. Let op het weer en ga bij twijfel niet de plassen of het grote water op! Laat u niet verrassen.
U vaart deze routes op eigen risico.

Het vaargebied
Het gebied de Venen bestaat uit polders, doorkruist door rustig stromende rivieren die plassen en historische dorpen met elkaar verbinden. De Venen ligt op steenworp afstand van Amsterdam en Utrecht en wordt gekenmerkt door rust, ruimte en groen. De Venen is een waterrijk gebied en bevat dus veel mogelijkheden voor watersport. Recreanten die er met de kano of met de fluisterboot op uitgaan, liggen met hun neus op de natuur.

De Venen was tot het begin van deze eeuw een geïsoleerd en weinig bekend gebied. Het gebied was enkel toegankelijk via een aantal waterwegen. Deze waterwegen omsloten in een cirkel een hoger gelegen kom, die zo goed beschermd werd tegen het oprukkende zeewater.In het drassige moerasgebied zorgde de weelderige plantengroei, in een eeuwenlang proces van groeien en afsterven, voor een dikke veenlaag. Het veen leverde turf van goede kwaliteit. De turf werd vroeger opgebaggerd, gedroogd en gestoken en afgevoerd langs lange sloten tussen de smalle stroken veen die men liet staan.

Door de voortdurende ontwatering via sloten, dammen, schotten en sluisjes klonk het veenland in en kwam lager te liggen. Steeds meer bouwland verdween in de golven, zo ontstonden uitgestrekte veenplassen. Met uitzondering van de Vinkeveense Plassen zijn deze plassen ingepolderd en drooggemalen. De veenrivieren liggen vaak hoger dan het ingeklonken land. In 1977 werd het vervenen verboden. De kavelstructuur, het (water)wegenpatroon en de dorpen van toen zijn voor een belangrijk deel bewaard gebleven. De Venen zijn een divers gebied, met afwisselend moerasgebied, legakkers en polders geschikt gemaakt voor agrarisch gebruik.

Het gebied heeft een grote aantrekkingskracht op natuurliefhebbers en rustzoekers. De diverse routes leiden u langs bijzondere natuurgebieden en langs oude dorpskernen.

Lengte en vaartijd
Voor de bepaling van de duur van de tocht kunt u uitgaan van een gemiddelde vaarsnelheid van 5 tot 7 km per uur voor een fluisterboot en gevorderde kanoërs en 3 tot 4 km per uur door beginnende kanoërs. Vergeet niet ook een aantal pauzes mee te rekenen. Bij sluizen of lage bruggen moet u soms de kano overdragen en met een fluisterboot zult u soms moeten wachten op de sluis of brugwachter. Ook dit kan extra tijd in beslag nemen. Bij sluizen en lage bruggen zijn over het algemeen in- en uitstapvoorzieningen gerealiseerd om het overdragen te vergemakkelijken. Houdt u er rekening mee dat bij een snelheid van 5 km/u een fluisterboot maximaal 7 uur kan varen.

Beginpunt en bewegwijzering
Met uitzondering van het Vaarcircuit de Ronde Venen zijn de routes bewegwijzerd. De routes zijn bewegwijzerd met zeshoekige bordjes op palen of beschoeiingen en kunnen aan beide zijden van de route voorkomen. De routes kunnen op meerdere punten worden gestart. Geschikte startplaatsen zijn de verhuurbedrijven en de plaatsen aangegeven op de kaart met een ‘S’.